Stad nr. 6: Hindeloopen – Havenstad en watersportcentrum met internationale allure
De goed bewaarde historie en de commandeurswoningen van Hindelooper kapiteins die op Scandinavië, Oostzeelanden en Engeland voeren, de sluiswachterswoning uit 1619 en de naastliggende oude sluis, de stadshaven, de grote plezierjachthaven met dure motor- en zeiljachten, de Hindelooper schilder- en houtsnijkunst en de maritieme sfeer aan het IJsselmeer. Het zijn dé highlights van Hindeloopen, stad sinds 1225 en één van de kleinste Friese Elfsteden. Nog geen 900 mensen wonen in Hylpen, Fries voor Hindeloopen.
De maritieme historie van Hindeloopen begint in de 13-de eeuw als de plaats aan groot water komt te liggen, aan de alsmaar groter wordende Zuiderzee. De zogenaamde ‘fluitschepen’ konden niet in de stad komen, maar wel veilig aanmeren voor de kust. Met name in de 16-de en 17-de eeuw bloeide de handel met Scandinavië, Oostzeelanden en Engeland. De Hindelooper kapiteins voeren voor Amsterdamse reders en kooplieden. Ze brachten producten als wol en jenever over zee en keerden met hout voor de sneltoenemende woning- en scheepsbouw terug.
Door de geïsoleerde ligging in Friesland en de internationale contacten ontwikkelde Hindeloopen zijn eigen dialect, schilderkunst, meubelmakerij en klederdracht. De Hindeloopers spreken een taal die sterk afwijkt van het Fries, mede het gevolg van de connectie met Amsterdam tussen 1600 tot 1870.
Toen Amsterdam in 1824 een rechtstreekse verbinding met de Noordzee kreeg, via het met de schop gegraven Noordhollandsch Kanaal naar Den Helder, was de route via de ondiepte Pampus (voor het IJ), de Zuiderzee en Hindeloopen een minder geliefde omweg. Hindeloopen was niet meer dé voorhaven van Amsterdam. De schatrijke kapiteinsstad degradeerde geleidelijk aan tot een vissersplaats met aanzienlijk minder welvaart dan vóór de totstandkoming van het Noordhollandsche Kanaal.
Commandeurswoningen
In de maanden van oktober tot en met februari, wanneer de schippers aan wal bleven, woonden de kapiteins van de grote vaart en hun gezinnen in de fraaie huizen aan — onder andere — de Nieuwstad. Echter, wanneer ze weer voor de woelige baren kozen, verhuisden de vrouwen en kinderen van de ‘commandeurswoningen’ naar de zogenaamde likhuizen. Deze kleine woningen (Lik = klein) bevonden zich in de tuinen van de zeemanswoningen. Ze staan er nog steeds!
Koninklijke Hindelooper meubel- en schilderkunst
Hindelooper meubelen en sierschilderwerk zijn beroemd tot in Japan en waren lange tijd een belangrijk exportproduct, vooral na een presentatie in Parijs. De Hindelooper interieurschilderkunst richtte zich voornamelijk op het beschilderen van gebruiksvoorwerpen. In de kleurrijke schilderingen zijn invloeden van de Oostzeelanden te herkennen, maar ook stoffen uit India en porselein uit China, door collega’s van Hindelooper kapiteins naar Amsterdam gebracht, blijken een bron van inspiratie te zijn geweest. De rijke Hindelooper schippers lieten hun huizenuitbundig versieren met luxe houtsnijwerk en schilderingen, die later ook meubelstukken “opleukten”. Economische achteruitgang, oorlog en Napoleon zorgden ervoor dat in de 19-de eeuw veel unieke interieurs verloren gingen. De Friese landadel blies na 1870 de ambachtelijke Hindelooper meubelmakerij weer nieuw leven in met een Hindelooper stijlkamer. Die werd speciaal vervaardigd voor de Historische Tentoonstelling in 1877 in Leeuwarden . In 1878 verhuisde de kamer, die in Nederland veel bewondering oogstte, naar de Exposition Universelle, de derde wereldtentoonstelling die in Parijs gehouden werd. Adel en gegoede burgers waren zeer onder de indruk van de Hylper meubelmakerij en decoratietechniek, die daarna, vanwege groot succes, op vele andere tentoonstellingen in het binnen- en buitenland werd getoond.
De Hindelooper schilderkunst is nog steeds een bezienswaardigheid. Een bekend atelier is de firma Roosje, leverancier van het hof van Oranje. Kroonprinses Amalia en haar zusjes Alexia en Ariane zaten voor het eerst aan tafel in een tafelkinderstoel van Roosje, nu in handen van de gebroeders Stallmann, de vierde generatie. In de koninklijke villa Eikenhorst in Wassenaar staat ook een originele Hindelooper dekenkist, ook van Roosje. Sierlijke bloemmotieven treffen we ook aan in de keuken van prinses Margriet en mr. Pieter van Vollenhoven in Apeldoorn. Drie koninginnen die koning Willem-Alexander voorgingen — zijn moeder Beatrix, zijn oma Wilhelmina en overgrootmoeder Emma — waren ook helemaal verliefd op de ambachtelijk vervaardigde meubelen uit het piepkleine zeestadje. Arend Roosje, de grondlegger van de 19-de en 20ste eeuwse Hindelooper meubelmakerij en schilderstijl, begon zijn eigen atelier in 1894 in de in 1656 gebouwde commandeurswoning aan de Nieuwstad nummer 44. Roosje, afkomstig uit Hindeloopen, werd op 16-jarige leeftijd, in 1885, door kenners ontdekt als talentvolle decoratieschilder. In de loop der jaren werd de als schildersknecht begonnen ondernemer in heel Nederland beroemd als de trendsetter. De stijl van Arend Roosje geldt nog steeds als dé stijl, al is er ook een hedendaagse variant bijgekomen van de gebroeders Stallmann: Oak Inside.